Sociale sportclub

Een sociale sportclub, waarom en hoe?

• Een sportclub is meer dan sport alleen

  Een sportclub is in eerste instantie een vereniging waar je recreatief of competitief sport in georganiseerd verband kan beoefenen. Maar een sportclub is meer dan een plek om sport te beoefenen. In een sportclub komen mensen samen. Er ontstaan nieuwe vriendschappen. Sportclubs zetten dus ook in op ontmoeting, verbinding en gemeenschapsvorming.
  Lees hier meer over in onze visietekst.

• Wat zijn de verschillen tussen ouderbetrokkenheid en -participatie?

  Ouderbetrokkenheid is de mate waarin ouders hun kind ondersteunen en stimuleren in de ontwikkeling.
  De kern hiervan is de interactie tussen ouders en kind.
  Een ouder kan betrokkenheid tonen en tegelijk ook passief participatief zijn: ze komen supporteren, steunen de club op een eetfestijn, maar helpen verder niet of voeren geen taken uit.

  

  Bij een ouder die participeert staat de sportclub centraal, dit misschien omdat een kind er speelt, maar je kan ook blijven participeren omdat je een band hebt opgebouwd met de club zelf.
  Bij ouderparticipatie gaat het om actief deelnemen aan de clubwerking, in welke vorm dan ook.

  Voetbalclub KSC Grimbergen getuigt over hun visie van de rol van ouders in de club.

  Alles start met een goede communicatie naar én met ouders, neem dus zeker ook deze tips nog eens door!

• Hoe stimuleer je ouderparticipatie?

  Spreek ouders informeel aan en zorg voor een gezellige sfeer en een open clubhouding.
  Probeer vraag en aanbod in kaart te brengen zodat je ouders vanuit hun interesses, sterktes en passies kan inzetten.
  Om de vraag in kaart te brengen inventariseer je alle clubtaken en communiceer je hierover.
  Het aanbod (= ‘wat ouders graag willen doen’) kan je ontdekken aan de hand van een bevraging.
  Laat je hiervoor inspireren door ons voorbeelddocument.

• Wat zijn sociale clubactiviteiten?

  Een sociale clubactiviteit is gericht op het creëren van verbinding!
  Verbinding tussen leden, ouders, vrijwilligers, trainers, bestuursleden, sponsors, … tussen iedereen die bij de club betrokken kan zijn. Daar hoort uiteraard ook de buurt rondom de club bij.

  In en voor je club betekent dit dat je activiteiten organiseert die leden en ouders samenbrengen in de club: een gemengd tornooi, een ouder-kind wedstrijdje, een bbq als seizoensafsluiter, …
  Met de buurt of naburige sportclubs kan dit betekenen dat je vanuit de club acties onderneemt die bijdragen tot een warmere omgeving: denk bv. aan gezamelijke opruimacties (cfr. actie Mooimakers), het ontwikkelen van toegankelijke sportsites, …

  Moedig ook anderstaligen aan om hieraan deel te nemen, zo oefenen ze in de contacten ook op een impliciete manier Nederlands.

• Een sportclub als partner voor oefenkansen Nederlands voor kinderen

  Je kan als lokaal bestuur (of sportclub) op verschillende manieren naar ‘oefenkansen Nederlands in de vrije tijd’ kijken: vanuit een minder of meer intensieve focus op taalstimulering.

  Je kan er bijvoorbeeld voor kiezen om kinderen een oefenkans Nederlands te bieden in het reguliere vrijetijdsaanbod door elke begeleider te versterken in een talige begeleidershouding. Op die manier zet je in op oefenkansen in een context waarbij je heterogene groepen vormt en waarbij taal een middel is. Kinderen die Nederlands aan het leren zijn, krijgen spontane oefenkansen, zowel vanuit de begeleider als door interactie met andere kinderen.

  Een meer intensieve focus is het organiseren van ’taal- en sportstages’, waar er een expliciete focus op taal én taalverwerving in het programma opgenomen wordt.

  Bekijk voor meer inspiratie de Ring-TV reportage ‘Taal- en voetbalstages’ van KV Zuun.

  Wanneer je als club een initiatief rond taalstimulering Nederlands bij kinderen of volwassenen organiseert, kan je mogelijks beroep doen op een bijkomende financiële ondersteuning vanuit de provincie Vlaams-Brabant. Een subsidie voor projecten die anderstalige inwoners in de provincie Vlaams-Brabant stimuleren om Nederlands te leren, kan je hier online aanvragen.

• Een sportclub als partner voor oefenkansen Nederlands voor ouders

  Je kan als lokaal bestuur (of sportclub) op verschillende manieren naar ‘oefenkansen Nederlands in de vrije tijd’ kijken: vanuit een minder of meer intensieve focus op taalstimulering.

  In samenwerking met een club kan je ook met de ouders in een club aan de slag gaan. Het organiseren van een conversatietafel in de club vormt bijvoorbeeld een niet-formele expliciete oefenkans, waarbij een begeleider en anderstalige ouders met elkaar over dagdagelijkse onderwerpen of thema’s naar keuze praten. De doelstelling van het organiseren van conversatietafels in de sportclub is tweeledig:
  Talige doelen: Nederlands oefenen = op een leuke en informele manier NL oefenen.
  Niet-talige doelen: Verbinding = ouders en medewerkers van de club leren elkaar op een andere manier kennen.

  Bekijk voor meer inspiratie de Ring-TV reportage ‘Conversatietafels’ van KV Zuun.
  Wil je zelf een conversatietafel organiseren in je club? Gebruik hiervoor ook ons draaiboek ‘Ouderbetrokkenheid met aandacht voor oefenkansen Nederlands voor ouders’.

  Wanneer je als club een initiatief rond taalstimulering Nederlands bij kinderen of volwassenen organiseert, kan je mogelijks beroep doen op een bijkomende financiële ondersteuning vanuit de provincie Vlaams-Brabant. Een subsidie voor projecten die anderstalige inwoners in de provincie Vlaams-Brabant stimuleren om Nederlands te leren, kan je hier online aanvragen.

• Een sportclub als partner voor vrijetijdsparticipatie, lokale aanbod van BOA, ...

  Lokale besturen en sportclubs kunnen elkaar versterken op verschillende vlakken: zoek elkaar op en kijk wat je voor elkaar kan betekenen.

  Het Vlaamse decreet buitenschoolse opvang en activiteiten (BOA) streeft bijvoorbeeld naar een goede samenwerking tussen het aanbod van opvang en vrije tijd. Dit met als doel om beter tegemoet te komen aan de noden van kinderen en gezinnen qua vrijetijdsvesteding, in al hun diversiteit. Het lokaal bestuur is daarbij aan zet: samen met partners uit sport, scholen, de opvang, jeugd, de privé sector of het lokale middenveld … stippelen ze een geïntegreerd (over domeinen en sectoren heen) plan uit om het lokale aanbod aan buitenschoolse activiteiten af te stemmen op de interesses en behoeften die er zijn op lokaal niveau.

  Samenwerken heeft verschillende voordelen:
  ✓ je leert het aanbod en de organisatoren kennen.
  ✓ je kan de doelgroep gericht naar een passend aanbod doorverwijzen.
  ✓ je krijgt zicht op hiaten en drempels in het bestaande aanbod.
  ✓ je kan samen zoeken naar antwoorden op vragen/noden.
  ✓ je kan krachten bundelen, het werk verdelen en samenwerken aan acties.
  ✓ je kan gebruikmaken van elkaars expertise en kapitaal (infrastructuur, personeel …).
  ✓ je bereik is groter.
  ✓ je kan samen keuzes maken om al dan niet in te zetten op een aanbod of doelgroep.
  ✓ je kan samen keuzes aanpassen naar gerichte (beleids)keuzes.

  Wie kunnen lokale partners zijn?
  ✓ gemeentelijke diensten: integratiedienst, jeugddienst, sportdienst, dienst flankerend onderwijsbeleid, de bib, het Huis van het Kind, het cultuur- of gemeenschapscentrum …
  ✓ het sociaal huis
  ✓ scholen (zorgleerkrachten, taalcoaches/taalankers, directie, ouderraad)
  ✓ organisatoren en begeleiders van buitenschoolse kinderopvang
  ✓ een lokale vzw of vereniging
  ✓ buurtwerkers of opbouwwerkers
  ✓ brugfiguren of toeleiders
  ✓ logopedisten
  ✓ privé-aanbod
  ✓ …

  Alle info vind je in de visietekst ‘Oefenkansen in de vrije tijd’ van vzw ‘de Rand’

• Een goed voorbeeld: huiswerkbegeleiding in de sportclub!

  Bekijk hieronder de inspiratievideo van het TRY-project uit Oudenaarde, een samenwerking op initiatief van rugbyclub Rhinos.

  TRY, de rugbyterm voor het scoren van een doelpunt, is een project dat kinderen in kwetsbare situaties maximaal de kans wil laten bieden om te scoren op schools vlak en te groeien in de vrije tijd. Wat we in TRY zien, is een heel nauwe samenwerking tussen het Sociaal Huis en Rhinos Rugby binnen een afgebakend project.

  De rugbyclub lanceerde het projectidee en geeft mee richting. Daarnaast bieden ze voor dit project de faciliteiten (lokaal en open ruimte). De clubvrijwilligers helpen regelmatig bij het maken van huiswerk en begeleiden de rugbyspecifieke activiteiten.

  “In het eerste deeltje van de namiddag helpen we kinderen bij het maken van hun huiswerk en het ontwikkelen van schoolse vaardigheden. Daarna hebben we een luik vrije tijd waarin we kinderen willen laten kennismaken met de lokale verenigingen uit Oudenaarde”, vertelt Ole Seynhaeve, die via de stad betrokken is in het project. Dit wordt gerealiseerd door samen te werken met sportclubs die een initiatie komen geven en zich effectief verplaatsen naar de kinderen. Sporten die reeds aan bod kwamen naast rugby-initiaties zijn onder andere voetbal, volleybal, basket, maar ook ropeskipping, karate en skateboarden.